Elektronisch aanlijnen

Op 28 september 2010 kwam de Kantonrechter in Haarlem tot de uitspraak dat met het Elektronisch aanlijnen van de hond m.b.v. een trainingsband, waarmee de hond gecorrigeerd kan worden, aan de strekking van het voorschrift t.a.v. aanlijning is voldaan. De hondenbezitter kan immers op die manier de vereiste controle over de hond uitoefenen. De regelgever heeft bij het formuleren van het voorschrift met deze technische ontwikkeling geen rekening gehouden.

Daarna zijn er ontwikkelingen geweest. Het blad Hondenwereld (ter kennis gebracht door een van onze leden, waarvoor dank) kwam met een artikel over nieuwe rechtszaken waarin het elektronisch aanlijnen werd afgewezen als manier om te voldoen aan het voorschrift tot aanlijnen. Men was daar erg blij mee want men is tegen elektronisch aanlijnen op basis van dierenwelzijn en men kon zich ook vinden in argumenten t.a.v. loslopende honden die de last veroorzaken.

Onderzoek heeft geleerd dat er twee geregistreerde rechtszaken over dit onderwerp zijn geweest. Deze vonden plaats op 15 mei 2014 bij de Kantonrechter in Arnhem en op 13 oktober 2014 bij de kantonrechter in Enschede.
In beide gevallen beriepen de verdachten zich op de uitspraak van de Kantonrechter in Haarlem. In Arnhem had dat succes, er volgde vrijspraak omdat verdachte naar het oordeel van de rechter van de uitspraak van de Kantonrechter Haarlem mocht uitgaan. In Enschede volgde wel een veroordeling.
Beide Kantonrechters gingen er wel van uit dat een terreinbeheerder zelf mag bepalen welke toegangsvoorwaarden van kracht zijn en op welke wijze daar uitvoering aan moet worden gegeven. Men kan dus bepalen dat Elektronisch aanlijnen al dan niet voldoende is om aan het voorschrift te voldoen. Ze gingen er ook beide van uit dat aanlijnen de betekenis heeft die in de Van Dale daaraan wordt toegekend, dus met een lijn of riem.
Dat is in strijd met de visie van de Kantonrechter in Haarlem die juist vindt dat Elektronisch aanlijnen een moderne manier van aanlijnen is i.p.v. het aanlijnen met een riem.
Beide vonden dat e.e.a. wel duidelijk moet zijn aangegeven maar dat ook de hondenbezitter moet informeren wat wel of niet mag.

Deze uitspraken maken de zaken niet eenvoudiger. In een aantal gevallen buiten Den Helder werd duidelijk dat de BOA’s de uitspraak van de Kantonrechter Haarlem respecteren. De berichten uit het bos de Donkere Duinen zijn zodanig dat, naar vernomen, de BOA’s van de Gemeente het elektronisch aanlijnen in de praktijk accepteren.
T.a.v. de Stichting LNH zijn d.z.z. geen praktijkvoorbeelden bekend. De Algemene Plaatselijke Verordening geeft geen nadere informatie over de manier van aanlijnen.
Dat zou wel de plaats zijn om e.e.a. te vermelden.

LN 14 april 2015